2022, het jaar waarin wij als Boomkwekerij Fleuren ons 100-jarig jubileum mogen gaan vieren. Samen want dat is het woord wat past bij onze organisatie, samen met onze medewerkers, samen met onze relaties en samen met onze omgeving.

In dit bijzondere jaar delen wij diverse Fleuren momenten: 100 Grote momenten maar ook kleine momenten die weergeven waar wij voor staan, wat we doen en hoe wij als Boomkwekerij Fleuren al 100 jaar actief zijn in onze mooie en inspirerende wereld. 

Moment 81:

In de jaren ’50 belandde Henri Fleuren in de wereld van de aardbeien wat een belangrijk onderdeel werd binnen het bedrijf. Hoe kwam dat zo tot stand?

Uit het boek ‘Fleuren 75 jaar’:

De 'Franse slag'

In de jaren 50 worden contacten gelegd met Franse kwekers in de buurt van Angers in West-Frankrijk, aan de Loire. Aangezien de kennis van Franse taal minimaal was bij Henri, wordt steevast Jan Stevens in het gezelschap opgenomen. ‘Meister Stevens’ was het Frans machtig; Henri Fleuren sprak geen woord Frans. Het beroep van kweker is een hobby voor Henri en het weerhoudt hem er niet van zich uitermate veel in de gesprekken te mengen met welke onmogelijke taal dan ook. Jan Stevens heeft vele malen verhaald hoe hij (Henri) met handen en voeten de mensen aan het verstand bracht wat hij bedoelde.

In die tijd werden veel onderstammen gekocht in Angers, bij de firma’s Burte en Lepage. Bij Charles André en in de buurt van Dièppe werden zelfs eenjarige Golden-bomen tegen bessenstruiken geruild. 

 

Het bedrijf in Helden

In een folder uit 1954 wordt gesproken over het Fruitdemonstratiebedrijf ‘Koningslust’. Die naam is binnen de  bedrijfsculturen van Fleuren niet ingeburgerd. Ook niet de ‘Proeftuin Helden’. Nee, het is kortweg het bedrijf in Helden. 

Henri Fleuren schrijft zelf over de opzet: ‘het was een totaal verwaarloosd boerderijtje, groot 6,7 ha., dat de laatste jaren was verpacht aan 5 verschillende pachters. Het wordt door ons aangekocht in het voorjaar 1949 met het doel er een fruitdemonstratiebedrijf op te stichten als voorlichtingsobject voor onze klanten…rationeel fruittelen willen wij laten zien en…de praktijk. Een gedeelte is bestemd als bemestingspraktijkveld van prof. A.M. Sprenger…

 

De opkomst van Senga Sengana

In Helden zijn in 1951 de eerste aardbeien geplant. Het zijn consumptierassen, o.a. Deutsche Evern, Madame Moutôt en Macherauchs Frühernte.

Van het laatste ras zijn de goedgekeurde klonen in eigendom van Henri Fleuren, Baarlo en J. Visser, Huissen.

In het Limburgse wordt dan nog het meest Jucunda geplant, doch in de jaren vijftig komt er een einde aan deze heerschappij. In de jaren zestig komt het tot een ware aardbeienexplosie in Noord-Limburg, want de familie Senga Sengana houdt een zegetocht. Vanuit het bedrijf van Henri Fleuren vindt de verspreiding plaats. Het effect is enorm. De Zuid-Hollandse eilanden en Breda en omgeving met telers van 20 ha. moeten deze markt volgen. De Jucunda is uit, Senga Sengana neemt het roer over. Niet onvermeld mag blijven, dat de Jucunda juist in die tijd veel last heeft gehad van ziekten.

We zijn in het jaar 1951. Het uur van Senga Sengana is aangebroken. De wieg van deze aardbei stond in Ahrensburg (Sleeswijk Holstein). De geestelijke vader is Professor Reinold von Sengbusch, die destijds onder de vleugels van het Max Planck-instituut, Hamburg werkte.

Het Max Planck-instituut. Links Henri en Karel Fleuren, geheel rechts Melinthin, rechterhand van prof. Von Sengbusch
Het Max Planck-instituut. Links Henri en Karel Fleuren, geheel rechts Melinthin, rechterhand van prof. Von Sengbusch


Weldra heeft Fleuren als kweker de leiding over een staf academici en een korps hulptroepen, die jaarlijks 30.000 verschillende kruisingen tussen aardbeien tot stand brengen. In 1949 wordt uit de kruising van de Sieger (Dld.) en de Merveilleux de Tihange (Fr.), de Senga Sengana, het nieuwe ras geboren. Het toeval wilde, dat Henri Fleuren, die niets van doen heeft met de aardbeienteelt, tijdens een congres in Duitsland Prof. Von Sengbusch ontmoette en door hem het ras Senga Sengana op het spoor kwam.

Hij laat een voorraad van de ‘Duitse wonderplanten’ komen en weet zijn oude clubvrienden van VIOS, Frans Görtz en Wiel Kessels, te bewegen op zijn risico een halve hectare Senga Sengana te planten.

We schrijven 1954. Henri Fleuren brengt zijn bevindingen in, in het I.V.T., het Instituut voor de Veredeling van Tuinbouwgewassen, onderdeel van de Hogeschool in Wageningen. De Rijkstuinbouwdienst participeert in de praktijkproeven.

In 1955 is een tweede serie praktijkproeven in Breda, Heemskerk, Huissen, Kapelle-Biezelinge en Middelrode. In Huissen is een proef opgezet om de opbrengst te vergelijken tussen de rassen Jucunda, Climax en Sengana. De Senga Sengana No. 883 komt het beste uit de proeven.

Henri Fleuren draagt al verscheidene jaren kennis van al deze proeven.

In 1964 wordt in Helden op het fruitbedrijf een luisvrij kasje gebouwd, om daarin uitgangsmateriaal van Senga Sengana te telen. Van daaruit gaan deze planten naar een geïsoleerd gelegen perceel van Meulendijks in Heusden in de Peel bij Asten. In 1956 heeft Henri Fleuren het kwekersrecht van de Senga Sengana verworven en wordt hoofdlicentiehouder. 

Kwaliteitsortering
Kwaliteitsortering


De Senga Sengana heeft weinig last van meeldauw en verwelkingsziekten, maar heeft des te meer last van roodwortelrot, vrucht- en stengelrot, overgebracht door luizen. Vandaar de bouw van een luisvrije kas in 1964 in Helden.

De Senga blijft het na 1956 goed doen. Groot-inmaker uit die tijd van aardbeien is Docter. Die wordt op de veiling in Zaltbommel aangeklampt door Henri Fleuren. De groot-inmaker wil eerst niet, want Henri Fleuren vraagt een dubbeltje meer per kg. dan de courante prijs. Zijn argument is, dat bij de Senga Sengana geen chemische bijkleuring nodig is. Docter gaat akkoord. In Noord-Limburg is dit nieuwtje snel rond in de agrarische wereld. De boer in Noord-Limburg staat bekend als conservatief. Ten onrechte in deze. Nu zijn ze er als de kippen bij om de kans te grijpen. Reeds 2 jaar na de introductie is de vraag naar de ‘nieuwe’ aardbei zo groot, dat plantmateriaal met ladingen uit Noord-Duitsland moet worden bijgehaald.

Bezorgen van pakketjes Elite-materiaal Senga-planten door Jan van Rens
Bezorgen van pakketjes Elite-materiaal Senga-planten door Jan van Rens


Senga Sengana wordt de nieuwe ‘fabrieksaardbei’

Sengana-hoofdvertegenwoordiger van Nederland, Henri Fleuren, heeft het er druk mee. Hij vermeerdert in licentie het plantmateriaal en bouwt een netwerk van mede-licentiehouders op over Nederland. Ettelijke miljoenen planten gaan jaarlijks zo de deur uit via de 35 mede-licentiehouders. De aanplant van Jucunda daalt in enkele jaren van 12 miljoen naar een half miljoen. Senga Sengana is de nieuwe ‘fabrieksaardbei’. In Baarlo en omstreken verschijnen honderden hectaren aardbeien. Het aardbeienselectiebedrijf wordt een fikse poot in de kwekerij Henri Fleuren.

Henri Fleuren bleef bij die overweldigende ontwikkeling wie hij was. Wij citeren uit een brief van begin 1971:

“Daar wij voor ons topveld steeds uitgaan van de hoogste klasse gekeurde planten, waardoor de basis wordt gelegd in onze luisvrije kas….Daar waar samenlading mogelijk is, bezorgen wij de planten per eigen vervoer….Overigens moet u bij uitgangsmateriaal eerst letten op kwaliteit en gezondheid en pas dan op de kosten, welke in verhouding tot het totaal zeer gering zijn.”

Bij de levering van wat genoemd wordt Elite-materiaal van de Senga Sengana, wordt in het schriftelijke verkeer de koopmansgeest niet vergeten.

Het is in de maand augustus een drukte van jewelste in de loods bij Fleuren aan de Veldstraat. De hele familie wordt ingezet om deze klus te klaren, want het is hoogseizoen, er moet ook nog geoculeerd worden. De meest opvallende figuur in deze tijd is Betsie Peeters. Zij regelt alles wat met aardbeien te maken heeft: van ontranken tot inpakken en versturen. 

Afbeelding_4.jpg


Wijziging opzet van de teelt

Geleidelijk wordt de opzet van de teelt van aardbeien gewijzigd. Het bedrijf Fleuren levert uitsluitend uitgangsmateriaal klasse AA en E, geteeld door contracttelers, o.a. Hagens in Grubbenvorst, Pleunis in Stramproy en Litjens “De Kemp” in Horst. De EE-planten worden geteeld door Nelissen in Oirlo. In de jaren zeventig neemt Litjens deze tak van het bedrijf over en wordt de nadruk gelegd op de teelt van vruchtbomen. 

Fleuren Museum - Henri Fleuren en aardbeien